maandag 17 juni 2013

Legendarische Manu



Concertgangers en journalisten hebben er nogal een handje van om een optreden snel tot legendarisch te bestempelen. Onterecht, want laten we wel wezen, echt onvergetelijk zijn muziekshows maar zelden.  
Al sinds mijn 20e (nu ben ik 34) bezoek ik zo'n 15 optredens per jaar, festivals zijn daarbij niet meegerekend. Van alle optredens die ik zag waren er heel veel goed (soms zelfs heel erg goed), heel veel onderhoudend en een flink deel was compleet ruk. Maar legendarisch... Bruce Springsteen op Pinkpop 2012 bezorgde me voor het eerst in mijn leven natte ogen tijdens een concert. Ik was bij het allerlaatste optreden dat mijn jeugdidolen van de Osdorp Posse ooit gaven. En tijdens de optredens van David Bowie (Seat Beach Rock in Oostende) en Sonic Youth (in het Paard) werd ik op slag fan van die artiesten, terwijl ik er daarvoor maar weinig aan vond. Ik zag bij een energiek optreden van de Foo Fighters in de HMH zanger/gitarist Dave Grohl plaatsnemen achter de drums. De drummer van Nirvana, mijn favoriete band, zag ik drummen. Ik vergeet het nooit meer. Toch denk ik dat geen van al die optredens, op dat van The Boss op Pinkpop na, als legendarisch bestempeld mag worden.

Zaterdagavond 15 juni 2013 ben ik volgens mij wel bij iets legendarisch geweest. Tijdens de allereerste editie van Rotterdam Unlimited trad Manu Chao op. De voormalige frontman van Mano Negra had al meer dan 7 jaar niet meer in Nederland gespeeld en kwam nu het nieuwe gratis festival headlinen. Midden op het Hofplein in Rotterdam gaf hij een optreden dat zijn weerga niet kende. Vanaf de eerste noten zette hij de boel in vuur en vlam. Het publiek, een bonte verzameling van rassen, culturen en subculturen, kon niks anders dan 2 uur lang hossen. Punkers, rasta's, studenten, hiphoppers, huismoeders, alto's, iedereen deed mee. Ook het publiek op de Coolsingel, dat in het verlengde van het Hofplein ligt, ging alle kanten op. "Rotterdam, you crazy", riepen Manu Chao en zijn begeleidingsband La Ventura een paar keer. Er werd een lichte aardbeving gemeten. Toen de Fransman er echt mee ophield, bleef het publiek staan. Zingend, springend en juichend probeerde de menigte de zanger te bewegen om nog meer toegiften te spelen. Het mocht  niet van de organisatie. In een trance verlieten ruim 55 duizend man het plein. Wetende dat dit iets legendarisch was.

Wat rest zijn deze voor zichzelf sprekende beelden.